Brief President Wattilete aan Premier Rutte

RMS-president John Wattilete heeft dinsdag een brief geschreven aan minister-president Mark Rutte. In de brief vraagt hij zich een aantal dingen af.

De brief gaat over de erkenning en waardering van KNIL-Ambonezen. De president in ballingschap schrijft ook over de RMS en de onherstelbare schade dat is toegebracht aan het Molukse volk.

De hele brief van Wattilete is hieronder te lezen;

In handen van de
Minister-President
Drs.M.Rutte
Binnenhof 20
2513 AA ’s-Gravenhage

Amsterdam, 21 november 2017

Betreft: erkenning en waardering
“Knil-Ambonezen”
Geachte heer Rutte,
Heden zullen nog enkele in leven zijnde zogenoemde “Knil-Ambonezen” door de Inspecteur –Generaal der Krijgsmacht worden ontvangen als blijk van waardering voor de verdiensten van deze militairen onder Nederlandse vlag. Aan hen zal de veteranenstatus worden toegekend en komen zij mogelijk te zijner tijd in aanmerking voor militaire medailles. De RMS-regering in ballingschap is uiteraard zeer erkentelijk voor elke vorm van waardering- welke de eerste generatie Knil-Militairen met een Molukse achtergrond- ten deel valt. Aan deze waardering heeft het immers in de achterliggende 67 jaar ontbroken.
Hieraan dient echter te worden toegevoegd, dat de Knil-Militairen ingevolge toepassing van de Veteranenwet reeds als veteranen moeten worden aangemerkt en in het verlengde hiervan in aanmerking behoren te komen voor militaire onderscheidingen. In het licht hiervan voegt het gebaar van waardering van de Inspecteur Generaal weinig toe aan de status van de Knil-militairen.
Feit is en blijft, dat de komst van de Knil-militairen en hun gezinsleden in 1951 onlosmakelijk verbonden is geweest aan de proclamatie van de Republiek der Zuid-Molukken op 25 april 1950. Voor wat betreft het voortbestaan van de Republiek der Zuid-Molukken tot het heden verwijs ik u naar de inhoud van de legal opinion van dr.E.de Brabandere en dr.N.Higgins.
De RMS-regering in ballingschap constateert dat vanaf de soevereiniteitsoverdracht op 27 december 1949 tot op heden het recht op zelfbeschikking van het Molukse volk door de opeenvolgende Nederlandse regeringen is genegeerd. Dit recht op zelfbeschikking ligt verankerd in de verschillende verdragen waaronder overeenkomst van Linggadjati en de Ronde Tafel Overeenkomst. Overeenkomsten waarbij het Koninkrijk der Nederlanden partij is geweest en om deze reden gehouden is- óók anno 2017- er op toe zien dat het recht op zelfbeschikking van het Molukse volk kan worden verwezenlijkt.
Door dit vanaf 1950 na te laten, handelt de Nederlandse regering onrechtmatig jegens de Republiek der Zuid-Molukken en het Molukse volk. Ten gevolge van deze handelswijze is het Molukse volk in Nederland en in de Molukken onherstelbare schade toegebracht.
Gelet op het vorenoverwogene roept de RMS-regering in ballingschap de Nederlandse regering op te erkennen, dat zij ten onrechte heeft verzuimd zich in te spannen het recht op zelfbeschikking van het Molukse volk te verwezenlijken.
Eerst erkenning van dit historische en juridische feit zal door het Molukse volk als een daadwerkelijk moedige daad van waardering en respect – in het bijzonder jegens de Knil-militairen en hun gezinsleden die in 1951 onvrijwillig naar Nederland zijn gebracht- worden ervaren.
Erop vertrouwende u naar behoren te hebben geïnformeerd, verblijf ik.
Hoogachtend,
namens de Regering in ballingschap
van de Republiek der Zuid-Molukken
mr.J.Wattilete

 

Exit mobile version